Regionaal Landschap Schelde-Durme zet zich in om landschap, natuur en erfgoed te versterken in 24 steden en gemeenten langs de rivieren Schelde en Durme. Ontdek hier de typische kenmerken van deze streek & maak kennis met ons werkingsgebied.
Regionaal Landschap Schelde-Durme zet zich in om landschap, natuur en erfgoed te versterken in 24 steden en gemeenten langs de rivieren Schelde en Durme. Ontdek hier de typische kenmerken van deze streek & maak kennis met ons werkingsgebied.
Ons Regionaal Landschap is actief in 24 steden en gemeenten verdeeld over de provincies Oost-Vlaanderen en Antwerpen: Aalst, Berlare, Beveren, Bornem, Buggenhout, Dendermonde, Destelbergen, Hamme, Kruibeke, Laarne, Lebbeke, Lede, Lokeren, Melle, Puurs-Sint-Amands, Sint-Gillis-Waas, Sint-Niklaas, Stekene, Temse, Waasmunster, Wetteren, Wichelen, Zele en Zwijndrecht.
In ons werkingsgebied komen zes verschillende landschapstypes voor. Die staan bekend als de ‘traditionele landschappen‘ of ook wel ‘landschapsbeelden’: de ‘Scheldepolders’, het ‘Waasland’, de ‘Schelde- en Durmevallei’, de ‘Zandstreek binnen de Vlaamse vallei’, de ‘Dendervallei’ en de ‘Zandleem- en leemstreek’. Een aantal van deze landschapstypes overstijgen de grenzen van ons werkingsgebied.
De indeling van de traditionele landschappen van Vlaanderen dateert van 1985 en was een eerste poging om de regionale verscheidenheid van de historisch gegroeide cultuurlandschappen op kaart voor te stellen in hun situatie van voor de grote veranderingen. De indeling steunt op zowel fysische en natuurlijke kenmerken zoals reliëf en bodemgesteldheid, als op cultuurlandschappelijke kenmerken zoals bewoningsvormen, landgebruik en percelering. Hieruit blijkt dat Vlaanderen over een bijzonder grote landschappelijke diversiteit beschikt, die echter in een steeds sneller tempo teloor gaat.
Typerend voor ons werkingsgebied is de getijdennatuur. Je trekt hier namelijk 2 rivieren aan waarlangs 'slikken en schorren' zich ontwikkelen: de Schelde en de Durme. Slikken en schorren zijn erg zeldzame ecosystemen, verbonden aan de getijden. In deze getijdenzones vind je getijdenmoerassen (zoetwaterschorren) terug met ruige plantengemeenschappen. Verder weg van de rivieren tref je in de polders bloemrijke hooilanden.
Een ander typerend kenmerk voor onze regio, zijn kleine landschapselementen (KLE'S) zoals knotbomen, poelen, hoogstamboomgaarden en sloten.
Ooit dronk vee uit poelen, hielden meidoornheggen koeien en schapen in de weide en bakenden knotbomen percelen af. Maar alternatieven deden hun intrede en verdrongen deze natuurpareltjes stelselmatig uit ons landschap. En dat is zonde. Want zulke landschapselementen bieden niet enkel beschutting en voedsel aan dieren, ze maken ons landschap ook mooier en klimaatrobuuster.
Daar proberen wij iets aan te doen binnen onze diverse projecten. Via ons Landschapsloket geven we gratis advies aan wie kleine landschapselementen op zijn perceel wil voorzien of herstellen. Wij bieden begeleiding bij de plannen en de uitvoering en zoeken mee naar subsidiemogelijkheden. Zulke subsidies kunnen oplopen tot 70 procent van het totaalbedrag.
We zijn ook bijzonder trots op onze twee grote Strategische Projecten: Rivierpark Scheldevallei en Landschap van Erembald tot Kravaalbos. Voor beide projecten zijn we samenwerkingsverbanden aangegaan die verder reiken dan de grenzen van onze regio.
Ze dragen bij aan de ruimtelijke kwaliteit van Vlaanderen. De projecten geven uitvoering aan een ruimtelijk beleid op bovenlokaal niveau en bevorderen interbestuurlijke samenwerking via gebiedscoalities op het terrein. We bieden hiermee een antwoord op actuele beleidsdoelstellingen zoals ontharding, bebossing, de realisatie van natte natuur, ruimte voor water ...
Langs de Schelde en haar bijrivieren, vind je zeven deelgebieden die samen het Rivierpark Scheldevallei vormen: de Polders van Kruibeke, de Durmevallei, de Damvallei, Kalkense Meersen Donkmeer, Klein-Brabant, Dendermonde en omgeving en tot slot de Rupelstreek. In 2021 werd een belangrijke stap gezet naar een rijke toekomst: we dienden een kandidatuur in om met het Rivierpark Scheldevallei door te groeien tot een Nationaal Park.
Zacht glooiende heuvels en brede beekvalleien met meanderende beken, afgezoomd met waardevolle bronbossen met op het hoogste punt zich het Kravaalbos. Typerend voor de streek is de hopteelt. Dit gevarieerde landschap met mooie vergezichten kan bogen op een opvallend onroerend erfgoed met onder andere de Abdij van Affligem, de Abdij Maria Mediatrix, het Waterkasteel van Moorsel en de Kluiskapel.