In dit verband organiseerde het Regionaal Landschap Schelde-Durme op vrijdag 27 mei 2016 een bezoek aan twee paardenhouders uit Berlare (Oost-Vlaanderen). Een afvaardiging van acht werknemers van de Regionale Landschappen en van de Hooibeekhoeve nam hier aan deel. Op zoek naar inspirerende voorbeelden en informatie over de voor paarden meest geschikte hooilanden. Paardenhouders Theo Van Royen en Piet D’heer werken hiervoor al jarenlang samen met de regionale natuurvereniging vzw Durme, die in de streek heel wat hooilanden op een ecologische manier beheert.
De hooilanden van natuurgebieden ‘Reservaatzone Donkmeer’ en ‘De Scheldebroeken’ worden tweemaal per jaar vanaf 15 juni of 1 juli gemaaid, het gras wordt gedroogd tot hooi voor runderen en paarden. De percelen worden niet bemest en er worden geen sproeistoffen gebruikt. Het resultaat is steevast geurig hooi met een groot aandeel van allerlei streekeigen kruiden. De percelen in regulier landbouwbeheer worden vroeger en meermaals gemaaid.
Tijdens de studiedag brachten we eerst een bezoek aan paardenpension Den Eyck. Zaakvoerder Theo Van Royen verkiest het natuurhooi voor de paarden die hij verzorgt: 'Natuurhooi is ideaal voor paarden: eiwitarm en rijk aan vezels en gezonde voedingsstoffen.' Hij plantte ook hoogstamfruitbomen: ‘Ik zie ze op de eerste plaats als schaduwbomen, goed voor het welzijn van de paarden.’
Daarna brachten we een bezoek aan melkveehouder Piet D’heer die ook paarden heeft. Hij liet ons ruiken aan het kruidenrijk hooi uit het natuurgebied ‘De Scheldebroeken’. Terwijl hij ronduit vertelde over het belang van natuurhooi voor paarden, vlogen verschillende boerenzwaluwen in en uit de stal. ‘Dit jaar tel ik elf nesten maar vroeger waren het er nog meer.’ Op de foto naast Piet D'heer (r): Foeke Van Weverberg van Regionaal Landschap Rivierenland, de trekker van het project 'Paard & Landschap'.
Na de middag bezochten we hooilanden zelf. Hier komen twee types voor met elk hun karakteristieke planten. Dottergraslanden zijn eigen aan vochtige tot natte percelen met typische planten als dotterbloem en echte koekoeksbloem. Glanshaverhooilanden vind je op drogere bodem met soorten als glanshaver (een struise grassoort) en groot streepzaad (dat in deze periode rijkelijk bloeit).
De meeste weiden zijn sterk aangepast aan rundveehouderij en hebben eiwitrijke begroeiing in functie van melkproductie. Paarden worden echter geweid voor sociale interacties, beweging en onderhoud. Zij hebben geen behoefte aan een eiwitrijk dieet en hebben eerder structuurrijke vegetaties met een laag energie- , eiwit- en suikerhalte nodig. Hooilanden beantwoorden daar perfect aan, want bevatten kruiden die gezond zijn voor paarden. Voorbeelden van zulke eetbare kruiden zijn Rolklaver, Rode klaver, Pimpernel, Duizendblad, Paardenbloem, Madelief, Ereprijs, Knoopkruid, Wilde Chichorei en Beemdkroon.
In hooilanden staan maar enkele gevaarlijke planten: allereerst Jacobskruiskruid (vers en gedroogd) en ook dotterbloem en boterbloemsoorten (enkel vers, ongevaarlijk in hooi). Lees hier welke planten giftig zijn voor paarden >>
Graag meer info over hooilandbeheer? Geef ons een seintje via jan@rlsd.be of 052 33 89 11.
Deze studiedag vond plaats in het kader van het project 'Paard & Landschap'. Dat past binnen het derde Vlaamse Programma voor Plattelandsontwikkeling (PDPO III), de Vlaamse invulling van het Europese Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO). Dat vormt op zijn beurt de tweede pijler van het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).
Regionaal Landschap Schelde-Durme | Markt 1 | 9230 Wetteren | T 09 210 90 50 | info@rlsd.be